From our on-board reporter Renske
The V.O. underneath the English translation
What a relief to leave this country of husslers behind us, where they hold up their hands even before they have done something; baksheesh.
With a touch of envy we watch Cannonball as she sails into the ‘known’ seas. We have to check in a new member of our crew Willem and as always this does take a lot of time, money and negotiating a.k.a. hussling.
When we are finally done, Willem and me install the new autopilot while Gijs is holding off Egyptian officials and so called pilots. We don’t need them anymore as we will not take the Canal another time.
Finally we are free and ready to go. We hoist the main and the genoa and off we go with a speed of ten knots. For the first time since we started Kings Legend lies at an angle. It takes some time getting used to that. Crawling instead of walking on deck. Cooking at an angle. But most challenging, is going to the loo. It takes up half my watch to go down, strip of my sailing gear, trying to find the lid of the loo with my buttocks, aiming, getting back up again, getting dressed again in full attire. Exhausted I crawl behind the wheel again. It is cold, wet and slippery. Welcome home.
And than finally after thirty hours of this ordeal the wind bears away until she is totally gone. We have a clear vision of Greece seventy miles a way. And YES we have reception with our phones! Time to call home, catch some news while passing the island of Crete.
We are almost there, only four hundred miles to go. It will be a tough upwind ride if the predictions are right. Our ETA at Sicily will be Sunday. A cold beer awaits us there!
Fris Europees welkom
Wat een opluchting om het land der doorgewinterde sjacheraars te kunnen verlaten, waar ze hun hand al ophouden voordat ze nog maar iets voor je hebben gedaan en vervolgens klagen dat wij als westerlingen Egypte niet meer als vakantiebestemming kiezen.
Met een vleugje jaloezie keken we vanaf onze plek aan de kade toe hoe Cannonball vanuit het Suezkanaal direct het ruime sop weer kon kiezen, voor het uitklaren dat zij in Suez al gedaan hadden moesten wij in Port Saïd het land nog op omdat wij hier samen met ons nieuwe bemanningslid Willem onze stempels moesten halen. Als groepje halve criminelen moesten wij op het politiebureau plaatsnemen tussen de reisbureauposters aan de muur en de foute snorren achter de balie, tot de papiermolen onze paspoorten weer had uitgespuugd en we officieel dit land mochten verlaten. We namen nog even tijd voor een snelle lunch aan boord en terwijl Willem en ik de laatste hand leggen aan het installeren van de nieuwe autopilot probeert Gijs de zoveelste canal-pilot van boord te weren, zodat we ongestoord de vrijheid van de zee weer kunnen opzoeken.
Het directe doorstomen vanuit Port Saïd deden we overigens niet alleen door de vermoeiende landse heftigheid, we gingen vooral in op een uitnodiging van de wind. De gebruikelijke westenwind leek namelijk ter ere van ons ruimte te hebben gemaakt voor zijn broertje uit het noorden, en zo’n gegeven zeepaard ga je natuurlijk niet in de bek kijken.
En ja hoor, we hadden de kust nog nauwelijks achter ons gelaten en de wind kwam ons al dolenthousiast tegemoet waaien. Als dank hesen wij grootzeil en fok zodat hij ons met 10 knopen vooruit kon trekken en ons schuingedrukt door de golven deed snijden. Op de snelheid en de koers was dan ook niks aan te merken, de leefomstandigheden aan boord begonnen echter gedurende deze 30 uur hun tol wel te eisen. De golven vierden feest aan dek, de brug werd omgetoverd tot ware waterglijbaan en de borden in de kastjes wisselden vrolijk van stapel ondanks de inspanningen van de stuttende theedoeken.
Lopen verandert in bergbeklimmen, koken voelt als een ritje in een botsautootje en aan naar de wc gaan wil je al helemaal niet denken. Maar onvermijdelijk als het is komt dan toch dat moment, en aangezien ik niet achterop de golven in kan mikken begin ik mijn klim naar beneden. Na tien minuten heb ik mijn reddingsvest los en mijn regenkleding afgestroopt en stommel ik verder naar voren. Wanneer ik vervolgens om me heen grijp naar de juiste handvatten probeer ik uit alle macht mijn evenwicht te bewaren terwijl ik met mijn broek op mijn enkels een poging doe mijn billen zorgvuldig op de wc-bril te parkeren. Deze excursie herhaalt zich nog eens achterstevoren, voor ik weer bij het stuur ben aangekomen, twee van dit soort uitstapjes en mijn wacht zit er alweer bijna op!
Na anderhalve dag besloot onze noorderlijke vriend de dansvloer te verlaten zodat wij weer even konden bijkomen van de wilde feestelijkheden, waarvan het decor met zijn korte donkere golven ons heerlijk bekend voorkomt en de frisse winden de geur van huis meebrengen.
Rustig voort motorend zien we met een ongelooflijk helder zicht Kreta op 60 mijl afstand aan ons voorbij drijven, waardoor onze telefoontjes spontaan en vrolijk piepend hun bereikbaarheid melden en waarvan de hoge bergtoppen ‘s ochtends als eerste de komst van de zon verklappen.
We maken ons op voor nog een laatste zeilfestijn en verwachten inmiddels dit weekend ons Siciliaanse aankomstbiertje in de hand te hebben.
Subscribe to blog updates: